Blog van Yvette
Kleine meisjes worden groot
Het is zaterdag: ‘Mam, zullen we samen naar het winkelcentrum gaan?’ Ik zeg meteen ja want zo vaak zegt onze 11-jarige puberdame dat niet. We stappen op de fiets, het is een kleine afstand waarvoor ze gelukkig nog de energie heeft. Al kletsend komen we bij de drukke oversteek. ‘Ja we kunnen’ en ‘Stoppen. Ja, we kunnen oversteken.’ Ik kijk verbaasd naast mij, dit is al jaren mijn tekst die zonet feilloos tegen mij gezegd wordt. Kleine meisjes worden groot.
De zoektocht
Begin van het jaar begon de serieuze zoektocht naar een geschikte middelbare school. Een leuke gezellige middelbare school waar een zorgteam is waar we goede afspraken mee kunnen maken. Onze dochter moet bovenal de komende jaren naast het leren ook een leuke tijd op school hebben, maar er zal ook passend onderwijs nodig zijn. Een lastige puzzel en dat alles binnen het reguliere onderwijs.
Uiteindelijk blijven er twee scholen over, school A op een half uur fietsafstand en school B op 5 minuten fietsafstand.
Dagelijks een half uur fietsen heen en terug zal ze niet kunnen. Ik raadpleeg de OZL-consulent (ondersteuner zieke leerling) en ik maak met de zorgcoördinator van school B op 5 minuten afstand een afspraak. Ik leg de hele situatie voor en dat er nog een niertransplantatie of dialysetraject binnen twee jaar te verwachten is. Dat er een rustige plek nodig is waar onze dochter sondevoeding kan aansluiten en medicatie kan innemen. De duidelijke structuren die ze nodig heeft, de korte lijnen die nodig zijn om af te stemmen, enzovoort.
Gespannen kijk ik bij elk item dat ik noem naar de zorgcoördinator. Schrikt hij, snapt hij waar ik het over heb? Na anderhalf uur loop ik bijna huppelend de school uit. Wat een goed meedenkend en positief gesprek was het. Ook al weet ik heel goed dat je altijd moet afwachten hoe het in de praktijk zal lopen.
De beslissing
Op de open dag gaan mijn dochter en ik nog even langs de zorgcoördinator en wat een warm welkom was dat voor haar. Ik zie haar (ondanks de vermoeidheid) opfleuren ze voelt zich begrepen en serieus genomen.
We gaan ook nog naar de open dag van school A. Na afloop vraagt ze: “Mam, welke school vind jij het beste bij mij passen?”
Razendsnel denk ik na wat ga ik zeggen. Dit is zeker ook een leuke school, maar die andere school is ook leuk en veel praktischer. Daar kan ze zelfstandiger zijn, ik heb er een goed gesprek gehad.
Afwegend zeg ik wat de voor- en nadelen zijn van beide scholen.
Nog voordat ik uitgesproken ben zegt ze ‘Mam ik ga naar school B, daar voel ik mij het meeste thuis’. Als ik alle rationele gedachten even opzij zet begrijp ik haar ook volkomen.
In de auto hebben we het over hoe leuk de school is en even lijkt het alsof we gewone schooljaren gaan krijgen waar alles op rolletjes zal lopen. Diep in mijn hart weet ik wel beter, maar even geniet ik van het moment.