Blog van Michiel
Vuurwerk, autisme en een steeds meer egoïstische samenleving
Wanneer de kruitdampen van nitraatbommen en ander illegaal vuurwerk weer langzaam is gezakt. Wanneer de dokters het langzaam maar zeker heel druk krijgen met mensen die zichzelf permanent blind of slechtziend hebben gemaakt. Wanneer de politie niet meer hoeft weg te duiken voor vuurwerk dat op ze af geworpen wordt. Ja, dan kruipt Junior langzaam uit zijn schulp. De donkere dagen vol luchtvervuiling zijn over. Te bedenken dat boeren kort daarvoor nog demonstreerden tegen maatregelen van de stikstofcrisis en wij met ons allen doodleuk – in een tijd van oud en nieuw – de hele lucht kapot knallen.
De ironie hierboven zal je vast niet ontgaan zijn. Dan ben ik maar een ‘zeur’. Ik vind echter dat de term ‘heb je naaste lief, zoals jezelf’ de laatste jaren met zorgwekkende schreden naar een minpunt gedaald is. Dat werd met oudejaarsdag nog eens bekrachtigd door een volwassen man die nitraatbommen stond af te steken. Gevolg: bange kinderen, dieren, huilende baby. En de man? Die lachte en vond het stoer. Een paar andere mannen lachten ook mee met hun flesje bier.
Het was letterlijk een kleine groep die het verpestte voor de rest, en ze hadden het niet eens door. En junior? Hij werd wat onrustig en staarde mij aan. Zijn ogen leken me te vragen dat ik er iets aan moest doen. Maar wat? Een buurman aanspreken lukte nog wel, en had ik ook gedaan. Met positief resultaat. Maar hoe spreek je hele kuddes aan? Niet te doen. Dus besloten we naar een rustiger omgeving te vluchten. Zover je van rustig kunt spreken op oudjaarsdag.
Junior ging er super goed mee om. Het gewone vuurwerk van de kinderen in de buurt vond hij interessant. Echter, even buiten kijken was een stap te ver. Dat hoefde natuurlijk ook niet. Ik vond het stoer dat hij durfde te kijken naar wat de knallen en lichtjes veroorzaakten.
Waar we nog niet zo lang geleden de hele dag met Junior op bed lagen. Hij onder de dekens en wij er omheen, anders werd hij bang, zat hij nu beneden in de kamer te spelen. Hoe stoer is dat? Junior had zichzelf geleerd, dat wanneer de wereld knettergek werd aan het einde van het jaar met vuurwerk, hij of zijn papa dat niet zomaar even kon aanpassen. Dus had hij ergens geleerd zich erbij neer te leggen en het geknal in zijn systeem gezet. Net zoiets als blokken sorteren en boeken recht zetten zeg maar.
Hoe trots kun je dan als vader zijn? Heel trots! Dankzij zijn eigen methode kan hij nu beter met het aparte gedoe op oudejaarsdag omgaan. Natuurlijk is het nog steeds een stress veroorzaker, maar afijn, wij zitten niet meer bij hem op de kamer, maar hij bij ons. Tot er weer zo’n debiele volwassene of puber voorbijtrekt met een verschrikkelijk harde knal. Een streep naar boven.
Zucht. Net zoals bij andere ‘tradities’ zijn het niet de kinderen die het verprutsen, maar de grote mensen. Die nota bene een voorbeeld moeten geven aan de jeugd! Een minuutje na de bom kwam Junior weer naar beneden. Hij gaf me wat blokken om met hem te spelen. Na een minuut of wat gespeeld te hebben keek hij mij aan en trok een gezicht alsof hij wilde zeggen:
‘Dit is toch veel leuker dan al dat geknal?’
Ik knikte bevestigend. Wederom was het de jeugd die de volwassenen wat leren. Daarom pleiten Junior en ik voor een vuurwerkverbod en een nieuwe traditie: de nieuwejaarsduik! Het wint al jaren aan populariteit, is goed voor het milieu, je krijgt koude ledematen maar raakt ze niet kwijt. En hier kunnen zelfs volwassen mannen en pubers totaal aan zichzelf denkend en blind voor de omgeving aan meedoen. Maar dan hoop ik wel dat ze in een kwal stappen.