Uit de Branchemonitor 2022-2023 bleek dat de bij MantelzorgNL aangesloten organisaties de verschuiving van zorg van formeel naar informeel als groot knelpunt zien. Maar wat zien de organisaties dan in de praktijk?  Door het uitzetten van een Steunpuntenpeiling (SPP) onder deze organisaties kunnen wij hierop antwoord geven.

Hulp of ondersteuning vanuit Wmo lastiger te krijgen

Twee derde van de organisaties die mantelzorgondersteuning biedt in opdracht van de gemeente, geeft aan dat het lastiger is geworden voor mantelzorgers en hulpvragers om hulp of ondersteuning vanuit de Wmo te krijgen. Dit blijkt uit de laatste Steunpuntenpeiling uit 2024 onder de bij MantelzorgNL aangesloten organisaties. Ook de toegang tot het verpleeghuis, dat wordt gefinancierd vanuit de Wlz, is moeilijker geworden.

Meer intensieve en langer durende zorgtaken

De strengere toegang tot zorg en ondersteuning maakt dat mantelzorgers meer taken krijgen, maar ook meer intensieve en langer durende zorgtaken krijgen. Niet zo vreemd dat driekwart van de organisaties aangeven dat ze het aantal overbelaste mantelzorgers hebben zien toenemen. Vooral bij mantelzorgers met een naaste met dementie en/of ggz-problematiek. Of mantelzorg nog een vrije keuze is, wordt betwijfeld. Meer dan de helft van de organisaties ziet dat vaker vanuit verplichting wordt gezorgd dan vanuit intrinsieke motivatie.

Ondersteuning aan mantelzorgers in instelling

Aandachtspunt is dat zorginstellingen steeds meer vragen van mantelzorgers om te helpen bij de zorg. Deze groep mantelzorgers vraagt een andere vorm van ondersteuning, zoals het bewaken van de eigen grenzen. Eén op de tien organisatie de vanuit gemeentelijke financiering mantelzorgondersteuning biedt, vindt dit niet tot haar taak behoren. Dit omdat de zorg van naasten in een zorginstelling vaak vanuit Wlz wordt gefinancierd en niet vanuit de Wmo.